Wel stelde Mattis dat als het regime van de Syrische president Bashar al-Assad nogmaals gebruik zou maken van chemische wapens "er een hoge prijs betaald zal worden".
Volgens de minister van Defensie is er "geen twijfel" dat de aanval die begin april werd uitgevoerd op Khan Sheikhoun, het werk is van het Syrische regeringsleger.
Eerder heeft president Donald Trump gezegd dat hij niet schroomt om Syrië nogmaals aan te vallen als burgers weer slachtoffer zouden worden van een aanval met chemische wapens. Met de uitspraken verwees Trump naar de eerdere raketaanval van de VS op een Syrische luchtmachtbasis, die het land uitvoerde als reactie op de gifgasaanval.
Rusland
Rusland heeft de eerdere aanval van de VS op een vliegbasis in Syrië sterk veroordeeld. Volgens de Russen schond de VS met de aanval het internationaal recht. Rusland voert de coalitie aan die president Assad steunt, waar onder andere ook Iran deel van uitmaakt.
De Russische president Vladimir Poetin stelt dat de Syrische president Assad helemaal geen chemische wapens heeft en noemt de aanval een "poging om de wereld af te leiden van de vele burgerdoden in Irak", die bij Amerikaanse luchtaanvallen vallen.
NAVO
De NAVO vindt dat Assad de luchtaanval aan zichzelf te wijten heeft. Secretaris-generaal Jens Stoltenberg stelde in een verklaring dat de Syrische regering de volledige verantwoordelijkheid draagt.
"De afschuwelijke aanval met chemische wapens van afgelopen week is onaanvaardbaar en kan niet onbeantwoord blijven," aldus Stoltenberg. "De daders moeten ter verantwoording worden geroepen."