Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

Europese afspraken over asielzoekers slecht nageleefd

Algemene Rekenkamer Wie asiel zoekt in de EU, moet de aanvraag doen in het land van binnenkomst. Toch stuurt Nederland zo’n vluchteling zelden terug.

Vluchtelingen en migranten in een kamp in Moria, op het Griekse eiland Lesbos.
Vluchtelingen en migranten in een kamp in Moria, op het Griekse eiland Lesbos. Foto Elias Marcou/ Reuters

Vluchtelingen die asiel aanvragen in Nederland, maar die al in een ander EU-land zijn geregistreerd, worden lang niet altijd overgedragen aan dat land. Deze zogenoemde Dublinafspraken tussen de lidstaten van de Europese Unie worden slecht nageleefd.

Uit onderzoek van de Algemene Rekenkamer dat deze maandag is verschenen, blijkt dat slechts 14,8 procent van de Dublinclaims ertoe leidt dat asielzoekers worden teruggeplaatst naar het eerste land van registratie.

De Rekenkamer keek naar de asielinstroom in Nederland tussen 2014 en 2016, de periode die bekend staat als de vluchtelingencrisis. Na jaren van gematigde instroom liep het aantal asielaanvragen in die twee jaar flink op: tussen 2014 en 2016 deden 82.958 mensen een asielaanvraag. De piek lag in het najaar van 2015. In oktober 2015 dienden 9.945 asielzoekers een eerste aanvraag in; een jaar eerder waren dit er 1.929.

Regels bekritiseerd

Van alle asielaanvragen die in de periode 2014-2016 in Nederland werden gedaan, was ruim een kwart van de aanvragers al in een andere lidstaat van de Europese Unie geregistreerd. In totaal diende Nederland 19.979 claims bij andere landen in om asielzoekers daarnaar terug te sturen. Dat lukte in slechts 14,8 procent van de gevallen.

Daarmee laat het rapport opnieuw zien dat de Dublinafspraken niet goed werken. De regels worden al langer bekritiseerd, omdat ze niet eerlijk zouden zijn. Ze leggen een onevenredig grote druk op de landen waar vrijwel alle migranten die asiel willen aanvragen in Europa de EU binnenkomen, namelijk Italië en Griekenland/Hongarije.

Voordat in 2016 de Turkijedeal werd gesloten, waarin onder meer werd afgesproken dat Turkije vluchtelingen die illegaal naar de EU komen terugneemt in ruil voor financiële steun, schortten de zuidelijke landen de Dublinafspraken zelf al de facto op. Duitsland stopte in 2015 met de Dublinafspraken voor Syriërs, om zo de asielprocedure sneller te laten verlopen.

Illegaliteit

Een van de verklaringen die de Algemene Rekenkamer geeft voor het geringe aantal mensen dat op basis van een Dublinclaim wordt teruggestuurd, is dat de registratie in landen als Griekenland, Italië en Hongarije waar veel migranten binnenkomen, gebrekkig is. Ook verdwijnen veel asielzoekers voordat ze worden teruggestuurd „met onbekende bestemming”, ofwel in de illegaliteit.

Tijdens de vluchtelingencrisis kreeg ongeveer 60 procent van de asielzoekers asiel in Nederland. Dat waren vooral vluchtelingen afkomstig uit Syrië en Eritrea. In diezelfde periode kwamen ook veel asielzoekers uit zogeheten veilige landen naar Nederland, zoals Marokko en Algerije. Die aanvragen, 13.789 in totaal, werden bijna allemaal afgewezen (98,4 procent).

Lees ook dit interview met Mohammed Badran (24) gevlucht uit Syrië: ‘Ik wil meepraten over de toekomst van vluchtelingen in Nederland’

Wel blijkt dat veel afgewezen asielzoekers uit juist Marokko en Algerije na afwijzing Nederland niet verlaten. Slechts 18 procent van de mensen uit die landen vertrok aantoonbaar, ten opzichte van 46,5 procent aantoonbaar vertrokken asielzoekers in totaal.